Ongeregeld vervoer
1. Definitie
Met ongeregeld vervoer wordt bedoeld het vervoer dat niet aan de definitie van geregeld vervoer, met inbegrip van de bijzondere vormen van geregeld vervoer, beantwoordt en dat met name wordt gekenmerkt door het transport van vooraf samengestelde groepen, op initiatief van een opdrachtgever of van de vervoerder zelf. Onder ongeregeld vervoer wordt eveneens verstaan de internationaal geregelde diensten over een lange afstand.
2. Loonstelsel
In het ongeregeld vervoer wordt een forfaitair loon uitbetaald dat in functie staat van de diensttijd die de chauffeur(s) presteerde(n).
De evolutie van de afgevlakte index tussen 01/10/23 en 01/10/24 bedraagt 3,61%. Uit deze aanpassing vloeien volgende bedragen geldig op 01/10/2024:
Diensten met één chauffeur
De in bovenstaande tabel genoemde bedragen zijn gewaarborgde dagbezoldigingen; een chauffeur het aangegeven bedrag zal ontvangen wanneer zijn diensttijd binnen de aangegeven grenzen valt, ongeacht de effectieve diensttijd. Met andere woorden: de bestuurder ontvangt het genoemde bedrag naar gelang van zijn dagelijkse diensttijd (en niet de rijtijd), naargelang die minder dan of gelijk is aan 6 uur, tussen 6.01 uur en 12.00 uur en per uur na 12.00 uur. Boven die dagelijkse diensttijd wordt een ARAB-vergoeding toegekend.
* Combinatie van ongeregeld en bijzonder geregeld waarbij de meeste uren in het ongeregeld worden gepresteerd: - In het geval er niet meer dan 6 uur in het ongeregeld worden gepresteerd (kleine amplitude): bovenop de kleine amplitude van het ongeregeld moeten ook de prestaties in het bijzonder geregeld worden betaald Bijvoorbeeld: 2u30 prestaties in het ongeregeld + 2u25 in het bijzonder geregeld = de kleine amplitude wordt uitbetaald + de uren gepresteerd in het bijzonder geregeld. Dezelfde redenering kan toegepast worden voor 5u40 prestaties in het ongeregeld + 2u25 minuten in het bijzonder geregeld = de kleine amplitude wordt betaald + de uren in het bijzonder geregeld. - In het geval van meer dan 6 uur prestaties in het ongeregeld (grote amplitude) : het geheel van de prestaties wordt betaald volgens het regime van het ongeregeld. Bijvoorbeeld: 9u40 + 2u25 = betaling van het geheel van de prestaties volgens het systeem van het ongeregeld.
* Combinatie van ongeregeld en geregeld vervoer met meer uren in het bijzonder geregeld dan in het ongeregeld: In dat geval wordt het geheel van de prestaties betaald volgens het barema van toepassing in het bijzonder geregeld vervoer.
Diensten met meerdere chauffeurs
Garageactiviteit
=> tot 06 u 30' amplitude: 110,69 €
=> van 06 u 30' tot 08 u amplitude: 132,07 €
In dit geval is geen ARAB-vergoeding verschuldigd.
Anciënniteitstoeslag
Vanaf 01/01/09, chauffeurs die minimum 10 jaar anciënniteit tellen in hetzelfde bedrijf, hebben recht op een anciënniteitstoeslag van 2,62 EUR per prestatie. Dit bedrag wordt toegekend bovenop de hierboven beschreven dagbezoldigingen. Voor de bepaling van de anciënniteit wordt rekening gehouden met de startdatum van de arbeidsovereenkomst als chauffeur ongeregeld vervoer. Als chauffeurs verschillende arbeidsovereenkomsten van bepaalde duur of voor een duidelijk omschreven werk ondertekend hebben, wordt rekening gehouden met de startdatum van de eerste overeenkomst als chauffeur ongeregeld vervoer.
Overuren en compensatiedagen
In het ongeregeld vervoer wordt de totale duur van de diensttijd berekend over de periode van een semester. Hierbij gaat men ervan uit dat een voltijds chauffeur 1564,5 uur presteert per semester. Die diensten die buiten deze grens worden gepresteerd worden vergoed als overwerk. Overuren worden betaald aan 17,40 €/u. De op zon- en feestdagen en op compensatiedagen verrichte overuren worden betaald aan 23,20 €/u. Als een chauffeur gemengde diensten presteert, zullen de uren welke in eenzelfde week worden gewerkt geglobaliseerd om eventuele overuren te berekenen. Dit geldt ongeacht in welke dienst deze werknemer heeft gewerkt. Deze regel geldt ook in geval van gelegenheidsaffectatie (zie 'gemengde bedrijven'). De compensatiedagen voor arbeid op zondag die niet binnen de zes dagen gerecupereerd worden, worden vergoed door een bedrag van 134,44€. Dit bedrag is forfaitair. Compensatiedagen voor feestdagen worden op dezelfde manier vergoed.
Meer concreet : * zondagwerk: - betaling van de prestatie tegen het normale tarief - recuperatie binnen de 6 dagen : geen loon - recuperatie later : 134,44 € * werk op feestdagen: - betaling van de prestatie tegen het normale tarief - recuperatie (binnen de 6 dagen of later) : 134,44 €
Collectieve arbeidsovereenkomst van 19 mei 2022 betreffende de toeslag voor arbeid op zon- en feestdagen voor het rijdend personeel dat ongeregeld vervoer verricht Vanaf 1 januari 2023: Voor werk uitgevoerd op zon- en feestdagen wordt de gegarandeerde dagvergoeding verhoogd met een forfaitair bedrag van 30 euro bruto voor een dienst van maximaal zes uur en met een forfaitair bedrag van 50 euro bruto voor een dienst van meer dan zes uur. Als de dienst begint op de dag voor een zon- of feestdag, moet de chauffeur ten minste 3 uur dienst draaien op de betreffende zon- of feestdag. In dit geval wordt de toeslag berekend over de totale amplitude (diensttijd). Voor diensten die beginnen op een zon- of feestdag is de toeslag gegarandeerd. Deze toeslag kan niet worden gecombineerd met de toeslag voor compensatiedagen voor werk op zondag dat niet binnen 6 dagen wordt hersteld, aangezien deze al aan 100% worden uitbetaald.
Voorbeeld: - Een chauffeur werkt op een zondag/feestdag = €30 bruto als de dienst minder dan 6 uur duurt en €50 als de dienst meer dan 6 uur duurt. - Als de chauffeur op de vooravond van Hemelvaart donderdag om 22.00 uur begint met werken en 6 uur rijdt, heeft hij 4 uur gewerkt op de betreffende feestdag. In dit geval is de toeslag geen € 30 of € 50, maar is deze gebaseerd op de gewerkte tijd (6 uur). Hij ontvangt dus een toeslag die overeenkomt met de gewerkte tijd. - Als de chauffeur op Hemelvaartsdag rijdt, ontvangt hij het extra bedrag van €30 of €50, afhankelijk van de gewerkte tijd. - Als de bestuurder de dag waarop hij op een feestdag of zondag heeft gewerkt niet binnen 6 dagen recupereert, ontvangt hij het forfaitaire bedrag van €134,44.
Economische werkloosheid, ziekte, arbeidsongeval en educatief verlof
Als een chauffeur ongeregeld vervoer economisch werkloos zou worden, moet een uurloon van 17,6376 € aangegeven worden. Ditzelfde uurloon moet worden toegepast in geval van ziekte, arbeidsongeval, educatief verlof en de vergoeding van de tijd van de verplichte permanente bijscholing.
Eindejaarspremie
De eindejaarspremie 2024 bedraagt 2.584,49 €. Het bedrag wordt jaarlijks geïndexeerd. Betalingsdatum van het voorschot: half december.
Het Sociaal Fonds betaalt een voorschot aan de leden van het rijdend personeel die recht hebben op deze eindejaarspremie. De wergever betaalt het te betalen bedrag op basis van de toekenningsmodaliteiten, verminderd met het voorschot.
Referentieperiode: kalenderjaar
Betalingsdatum: uiterlijk op de laatste werkdag van de maand december van het referentiejaar
Anciënniteit chauffeur: ten minste zes maanden tijdens de referentie periode Modaliteiten: de personeelsleden die gedurende het volledige referentiejaar hebben gewerkt, ontvangen het totale bedrag van de premie
Gelijkgestelde perioden:
* Wettelijke vakantie dagen
* Ziekte en arbeidsongeval
Premie berekend naar rata van de maanden arbeidsprestaties : De personeelsleden die in de loop van het referentiejaar : * toegetreden zijn tot werkloosheid met bedrijfstoeslag of met pensioen zijn gegaan ; * in dienst zijn getreden ; * ziek zijn geweest of arbeidsongeschikt zijn ten gevolge van een arbeidsongeval gedurende meer dan 6 maanden ; * werden ontslagen (behalve om dringende reden) ; bekomen de premie berekend naar rata van de maanden arbeidsprestaties. In de bovenstaande gevallen telt een effectieve arbeidsprestatie van ten minste 10 dagen voor een volledige maand. Deeltijds werk: naar rato van de wekelijkse arbeidsduur. Verlies van recht: * Opzegging door de werknemer in de referentieperiode en niet meer in dienst op 31 december van dat jaar * Ontslag voor dringende reden
Ecocheques
Elk jaar hebben chauffeurs die vanaf 1 januari van het betreffende jaar 5 jaar bij dezelfde onderneming in dienst zijn en het hele voorgaande kalenderjaar hebben gewerkt, recht op ecocheques ter waarde van 125 euro (indien van toepassing, naar rato van het werkrooster). De betaling van deze ecocheques geschiedt uiterlijk op 30/06 van het betrokken jaar.
Onder anciënniteit van minimum 5 jaar wordt verstaan: gedurende de vijf opeenvolgende jaren voorafgaand aan het toekenningsjaar tewerkgesteld worden door dezelfde werkgever, ongeacht de duur van de prestaties in de betrokken jaren.
Het uiteindelijk toe te kennen bedrag wordt berekend volgens dezelfde modaliteiten als deze van toepassing voor de eindejaarspremie. Deze berekening gebeurt over een referteperiode van 12 maanden, met name het kalenderjaar voorafgaand aan het toekenningsjaar.
Inactiviteitsdagen buitenland
Een inactiviteitsdag in het buitenland wordt vergoed door een afwezigheidspremie gelijk aan 110,69 €. Voor deze inactiviteitsdag moet de ARAB-vergoeding niet betaald worden. Voor een dagelijkse diensttijd tot 6 uur, enkel gepresteerd in het buitenland in het kader van een meerdaagse reis, ontvangt de bestuurder 110,69 €. De ARAB-vergoeding (2,19 €/u) wordt dan berekend in functie van de duur van de diensttijd.
Rust in het buitenland - Pendelreizen
De werkgever moet ervoor zorgen dat de bestuurder die een pendeldienst uitvoert op de plaats van bestemming of in de nabijheid over een passende slaapaccommodatie beschikt. Onder passende slaapaccommodatie op de plaats van bestemming wordt een éénpersoonskamer verstaan waar de chauffeur in een zo groot mogelijke mate van privacy van een ongestoorde dagelijkse rust kan genieten. Tevens moet de werknemer over een toilet en een douche beschikken.
Forfaitaire vergoeding rust in het buitenland
Voor autocarchauffeurs die hun verplichte dagelijkse of wekelijkse rust in het buitenland nemen, bestaat de mogelijkheid om een forfaitaire vergoeding toe te kennen per rustperiode gespendeerd in het buitenland. Een wekelijkse rusttijd wordt in dit geval aanzien als twee rustperiodes. Deze vergoedingen worden beschouwd als terugbetaling van eigen kosten van de werkgever voor buitenlandse verplaatsingen en zijn dus uitgesloten uit de belastbare bezoldigingen van respectievelijk werknemers of bedrijven voor zover aan de volgende voorwaarden is voldaan:
- de aanvullende vergoeding wordt toegekend om extra kosten te dekken die het nemen van de dagelijkse of wekelijkse rust in het buitenland met zich meebrengt en wordt dan ook verbonden aan het nemen van die rust;
- het totaalbedrag van de aan de betrokken autocarchauffeurs toegekende vergoedingen mag niet meer bedragen dan het door de FOD Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking gehanteerde forfaitair bedrag van de verblijfsvergoeding voor officiële opdrachten naar het buitenland voor ambtenaren die behoren tot de 'carrière Hoofdbestuur' (d In de circulaire die de materie regelt, worden maximumbedragen vastgesteld. Deze maxima zijn dezelfde als de bedragen van de 'forfaitaire verblijfsvergoedingen' vastgesteld per land voor ambtenaren van de FOD Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking.
Wanneer bepaalde kosten die verband houden met de leef- en werkomstandigheden van de chauffeur zelf, rechtstreeks door de werkgever worden ten laste genomen, dan moet bovenvermeld maximumbedrag met het bedrag van die rechtstreeks ten laste genomen kosten worden verminderd. Hiermee worden o.a. de ARAB-vergoeding, maaltijdcheques, verblijfsvergoeding ... bedoeld. Op de voorgaande regel wordt een uitzondering gemaakt voor logementskosten die de werkgever rechtstreeks ten laste neemt. Deze kosten moeten niet afgetrokken worden van het maximumbedrag. Een zelfde uitzondering wordt gemaakt voor bewezen logementskosten die terugbetaald worden aan de chauffeur in zoverre dat deze vergoeding het maximumbedrag niet overschrijdt. Als dit wel het geval is, wordt het deel van de vergoeding dat het maximumbedrag overschrijdt aanzien als loon en als dusdanig belast.
NIEUW: In het Belgisch Staatsblad van 15 februari 2023 werden de geactualiseerde forfaitaire verblijfsvergoedingen gepubliceerd in de Ministerieel besluit van 10 januari houdende vaststelling van verblijfskostenvergoedingen toegekend aan personeelsleden en afgevaardigden van de Federale Overheidsdienst Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking die belast zijn met een dienstopdracht in het buitenland of die in internationale commissies zetelen. Deze zijn van toepassing vanaf de dag van publicatie: Link
Verplaatsing naar autocar met een ander vervoermiddel
Wanneer een chauffeur zijn dienst begint of eindigt buiten de onderneming, ontvangt hij voor iedere verplaatsing van meer dan 6 uur, een bedrag van 110,69 €. Als deze verplaatsing minder dan 6 uur inneemt, wordt hem 81,63 € toegekend. Let op: dit geldt enkel voor verplaatsingen gemaakt met een ander vervoermiddel dan de eigen autocar.
3. Maandelijks prestatieblad
Een maandelijks prestatieblad werd ingevoerd vanaf 1 juli 2009. Het prestatieblad wordt in 2 exemplaren opgesteld (één bestemd voor de chauffeur en één bestemd voor de werkgever) en dient de volgende minimale voorschriften te bevatten: *de periode van referentie; *de identificatie van de werkgever; *de naam en de voornaam van de werknemer; * de anciënniteit van de werknemer in het bedrijf; * de dag en de datum van de dagelijkse prestaties; * de aard en de duur van de dagelijkse prestaties * de gelijkstellingen en afwezigheden zoals ziekte, arbeidsongeval, tijdelijke werkloosheid, verlofperiode, klein verlet, feestdag, inhaalrust zondagwerk, enz.; de eventuele opmerkingen; * de opmaakdatum van het prestatieblad.
4. Bijstandpolis
Vanaf 1 januari 2008 moet aan de chauffeurs een bijstandspolis toegekend worden geldig tijdens hun beroepsverplaatsingen. Deze polis, afgesloten door de autocarondernemers, moet minstens de volgende waarborgen na ziekte of ongeval dekken: * transport en repatriëring zonder beperking; * medische kosten in het buitenland tot 125.000 euro per persoon; * medische nabehandelingskosten in België na een ongeval in het buitenland tot 6.250 euro per persoon; * bijstand in geval van overlijden; * vroegtijdige terugkeer vanuit het buitenland omwille van een dringende reden; * verblijfsverlenging of-verbetering omwille van medische redenen; * opsporings- en reddingskosten in het buitenland tot 3.750€ per persoon; * doorgeven van dringende boodschappen; * opsturen van een vervangingschauffeur in geval van medische onbeschikbaarheid.
Relevante wetgeving:
- Verordening (EG) nr. 561/2006 van 15 maart 2006 tot harmonisatie van bepaalde voorschriften van sociale aard voor het wegvervoer.
- Koninklijk besluit van 10 augustus 2005 betreffende de arbeidsduur van de mobiele werknemers tewerkgesteld in sommige ondernemingen van collectief personenvervoer over de weg die ongeregeld vervoer en/of internationaal geregeld vervoer uitvoeren (PC 140).
- Ministerieel besluit van 2 juli 2018 houdende vaststelling van verblijfsvergoedingen toegekend aan personeelsleden en afgevaardigden van de Federale Overheidsdienst Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking die zich in officiële opdracht naar het buitenland begeven of zetelen in internationale commissies.
- Fiscaal circulaire AAFisc. nr. 3/2016 (nr. CI.RH.241/631.421) dd. 19.01.2016.
- CAO van 16 december 2002 betreffende arbeidsduur en bezoldiging van het rijdend personeel.
- CAO van 16 oktober 2007 betreffende de sociale programmatie van her rijdend personeel dat ongeregelde diensten, internationale pendeldiensten en/of internationale geregelde diensten uitvoert.
- CAO van 16 december 2008 betreffende de loon- en arbeidsvoorwaarden van het rijdend personeel dat ongeregeld vervoer verricht.
- CAO van 4 mei 2009 tot invoering van een prestatieblad in de ondernemingen die ongeregeld vervoer verzekeren.
- CAO 13 februari 2014 betreffende de sociale programmatie 2013-2014 voor het rijdend personeel dat ongeregeld vervoer verricht.
- CAO 17 december 2015 betreffende de loon- en arbeidsvoorwaarden van het rijdend personeel dat ongeregeld vervoer verricht.
- CAO 20 juni 2019 betrffende een slaapplaats voor de chauffeurs die pendelreizen verzorgen.
Sed ut perspiciatis unde omnis iste natus error sit voluptatem accusantium doloremque laudantium, totam rem aperiam, eaque ipsa quae ab illo inventore veritatis et quasi architecto beatae vitae dicta sunt explicabo. Nemo enim ipsam voluptatem quia voluptas sit aspernatur aut odit aut fugit, sed quia consequuntur magni dolores eos qui ratione voluptatem sequi nesciunt. Neque porro quisquam est, qui dolorem ipsum quia dolor sit amet, consectetur, adipisci velit, sed quia non numquam eius modi tempora incidunt ut labore et dolore magnam aliquam quaerat voluptatem. Ut enim ad minima veniam, quis nostrum exercitationem ullam corporis suscipit laboriosam, nisi ut aliquid ex ea commodi consequatur? Quis autem vel eum iure reprehenderit qui in ea voluptate velit esse quam nihil molestiae consequatur, vel illum qui dolorem eum fugiat quo voluptas nulla pariatur?
Sed ut perspiciatis unde omnis iste natus error sit voluptatem accusantium doloremque laudantium, totam rem aperiam, eaque ipsa quae ab illo inventore veritatis et quasi architecto beatae vitae dicta sunt explicabo. Nemo enim ipsam voluptatem quia voluptas sit aspernatur aut odit aut fugit, sed quia consequuntur magni dolores eos qui ratione voluptatem sequi nesciunt. Neque porro quisquam est, qui dolorem ipsum quia dolor sit amet, consectetur, adipisci velit, sed quia non numquam eius modi tempora incidunt ut labore et dolore magnam aliquam quaerat voluptatem. Ut enim ad minima veniam, quis nostrum exercitationem ullam corporis suscipit laboriosam, nisi ut aliquid ex ea commodi consequatur? Quis autem vel eum iure reprehenderit qui in ea voluptate velit esse quam nihil molestiae consequatur, vel illum qui dolorem eum fugiat quo voluptas nulla pariatur?
©2021 Instituut voor de autoCar en de autoBus, alle rechten voorbehouden
Nederlands / Français